Wat heb je nodig voor een flessentuin
Om de flessentuin te maken, heb je de volgende spullen nodig:
- Een glazen fles met grote ingang of een glazen (weck)pot nodig, die je kunt afsluiten. Het is handig als de bovenkant groot genoeg is, zodat je de plantjes met je hand in de fles of pot kunt zetten.
- Kiezelsteentjes of kleikorrels (die heten hydrokorrels)
- Actieve houtskool
- Potgrond voor kamerplanten
- Mos
- 2 of 3 kleine planten, die weinig verzorging nodig hebben. Denk aan vetplantjes, varens of cactussen (maar pas dan wel goed op voor de stekels).
- Een lepel
- Een petfles
- Groene zeep om de fles schoon te maken
Stappenplan
Stap 1: Maak de fles goed schoon
Om een fijne plek voor de planten in je flessentuin te maken, moet de fles of pot helemaal schoon zijn. Maak een sopje van water met groene zeep en boen alle hoeken en gaatjes goed schoon. Spoel de fles daarna om met warm water, totdat al het sop er uit is en laat de fles daarna drogen.
Stap 2: Voeg hydrokorrels of kiezelsteentjes toe
De bodem van de fles bedek je met kiezelsteentjes of hydrokorrels, om het water dat te veel is op te vangen. Zo wordt de aarde niet te nat voor de planten en kunnen ze het water opnemen als ze daar behoefte aan hebben.
Stap 3: Voeg de houtskool toe
Midden in de fles - boven op de hydrokorrels of kiezelsteentjes – komt een laagje houtskool. Dit is belangrijk, want houtskool werkt zuiverend. Hierdoor krijg je geen schimmels in de flessentuin.
Het is alleen best lastig om de houtskool netjes in de fles te krijgen. Daarom kun je een trechter maken om je te helpen. Dit doe je met de petfles. Vraag wel even of een volwassene je hierbij kan helpen. Je snijdt de bovenkant van de fles af. En deze hang je op zijn kop in de fles, bijna helemaal tot de bodem.
Stap 4: Een laag potgrond
Boven op de korrels (of kiezels) en de houtskool komt een laag potgrond. Maak deze ongeveer 8 cm dik. Je kunt een vork, lepel of heel smal schepje gebruiken om de grond mooi te verdelen.
Stap 5: De plantjes kunnen erin
Nu kun je de planten toevoegen. Begin met de kleinste. Haal het plantje uit het kleine potje en schud heel zachtjes de aarde van de wortels. Graaf daarna een kuiltje en laat het hierin voorzichtig op zijn plek zakken. Druk de aarde een beetje aan. Doe hetzelfde met de andere twee plantjes. Zet ze niet te dicht op elkaar.
Stap 6: Versier je tuin
Dek de aarde af met wat mos. Dan ben je klaar, maar je kunt de tuin natuurlijk ook nog versieren met mooie takjes, dennenappels of andere versiering. Sommige mensen doen er zelfs wat speelgoed in. Alles kan.
Stap 7: Kies een goede plek
