Hoe houden we de energietransitie eerlijk en rechtvaardig
Den Haag • 26 juni 2024
Zonnepanelen uit China die met dwangarbeid worden gemaakt. Mijnbouwbedrijven die de omgeving vervuilen en bewoners met geweld verdrijven voor de metalen in onze batterijen. En aan de andere kant: armere Nederlanders die geen zonnepanelen, warmtepompen en elektrische auto’s kunnen aanschaffen, maar zich wel blauw betalen aan energie. Hoe houden we de energietransitie rechtvaardig en zorgen we dat iedereen mee kan komen? ASN Bank reikt oplossingen aan.
Dit artikel is gemaakt door André Oerlemans in samenwerking met Change Inc.
Hoofd klimaat Linda van Dongen en hoofd mensenrechten Kirsten Kossen
Die oplossingen zijn niet van vandaag op morgen gerealiseerd. Ook hebben verschillende problemen verschillende oplossingen nodig, stellen hoofd klimaat Linda van Dongen en hoofd mensenrechten Kirsten Kossen van ASN Bank. Het moet komen van samenwerking tussen landen, tussen grote bedrijven en sectoren. Van kabinets- en EU-beleid en internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen. Maar ook van maatregelen die nu genomen moeten worden. “Natuurlijk doen maatregelen nu pijn en kosten ze geld. Maar als je dat nu niet doet, dan wordt het probleem in de toekomst alleen maar groter en groter. Dat is onrechtvaardig voor mensen die er dan mee geconfronteerd worden”, zeggen de twee.
Meer groene energie dan ooit
Wat zijn de problemen met de energietransitie? Die lijkt alleen maar de goede kant op te gaan. In 2023 werd volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA) 50 procent meer groene energie opgewekt dan in 2022. In rijke Westerse landen werd in 2023 voor het eerst meer elektriciteit opgewekt met schone energie dan met vervuilende fossiele brandstoffen. De energietransitie van fossiel naar hernieuwbaar, noodzakelijk om de voor het klimaat desastreuze uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen te verminderen, komt op stoom.
Risico van 510 miljard
Daar hangt een prijskaartje aan. Het World Economic Forum (WEF) becijferde al in 2020 dat ongeveer de helft van het bruto nationaal product (BNP) van alle landen in de wereld afhangt van de natuur. In totaal zo’n 44 triljoen (een 1 met achttien nullen) euro. Het kappen van bossen, verlies van natuurgebieden en het uitputten van grond kostte de wereld al tientallen triljoenen. Dat terwijl natuurherstel tot 2030 wereldwijd 395 miljoen banen kan opleveren. Die kosten en cijfers worden vaak niet meegenomen in economische cijfers en investeringsbesluiten. Uit een rapport van de Nederlandsche Bank uit 2020 bleek dat de Nederlandse financiële sector door het verlies aan biodiversiteit wereldwijd een risico loopt van 510 miljard euro.
Keerzijde
Maar diezelfde transitie heeft ook een keerzijde. Hij gaat gepaard met schendingen van mensenrechten, vernietiging van natuur en vervuiling van het milieu. Neem onze zonnepanelen. Eind 2023 kwam 92 procent van alle zonnepanelen in de wereld uit China. In Nederland is dat volgens het CBS 89 procent. Maar een deel van die panelen wordt gemaakt door onderdrukte Oeigoeren, die dwangarbeid moeten verrichten. Of neem de metalen die nodig zijn voor batterijen, elektrische auto’s en windturbines. Het koper dat hiervoor gedolven wordt in Zambia zorgt voor forse vervuiling van grond, water en lucht, waardoor de plaatselijke bevolking geen voedsel meer kan verbouwen of vis kan vangen. Om kobalt te winnen in Congo worden inwoners gedwongen hun huis te verlaten om plaats te maken voor mijnen. Dat gaat gepaard met bedreigingen, misleiding en zelfs seksueel geweld. Verder vervuilen lithiummijnen overal in de wereld hun omgeving en vormt toekomstige diepzeemijnbouw een bedreiging voor ecosystemen in de oceanen.
Zelfde fouten
Volgens ASN Bank is een duurzame energietransitie alleen geslaagd als we meer rekening houden met mensenrechten en natuur. “Het grote probleem is dat de productie van hernieuwbare energiebronnen zoals batterijen, zonnepanelen en windturbines onder omstandigheden gebeurt waarbij op grote schaal mensenrechtenschendingen plaatsvinden. Dat zijn fouten die we in het verleden bij de fossiele industrie hebben gemaakt. Denk bijvoorbeeld maar aan de bloedkolen uit Colombia. Ook nu we een nieuwe, duurzamere weg ingaan, blijven die mensenrechten een ondergeschoven kindje”, zegt Kossen. “Ook is de productie in algemene zin ontzettend vervuilend. Lokale gemeenschappen kunnen bijvoorbeeld niet meer vissen in de meren waar ze van afhankelijk zijn. Ook het werken in die mijnen is geen plezierbaantje. Dat wordt vaak met geweld en gedwongen arbeid verricht.”
In de mijnbouw vindt nog steeds kinderarbeid plaats. Foto: Stop Kinderarbeid
Meer ongelijkheid
Van de andere kant worden de door Oeigoeren gemaakte zonnepanelen uit China wel steeds goedkoper, zodat ook minder draagkrachtige mensen ze op hun dak kunnen leggen. Dat zorgt volgens Kossen en Van Dongen voor een lastige spagaat. Aan de ene kant worden mensenrechten geschonden, aan de andere kant wil je dat iedereen panelen kan kopen. “We streven naar een betaalbare, rechtvaardige energietransitie, die toegankelijk is voor iedereen”, zegt Van Dongen. “Wat je nu ziet, is dat deze energietransitie tot meer ongelijkheid gaat leiden, dat het verschil tussen arm en rijk groter wordt en dat niet iedereen kan deelnemen. Zo wordt de energietransitie ook een armoedevraagstuk.”
Scheve verhoudingen
Zowel wereldwijd als landelijk leidt dat tot onrechtvaardige verhoudingen. Ontwikkelingslanden stoten minder CO2 uit dan rijkere Westerse landen, maar worden het hardst geraakt door klimaatverandering, bijvoorbeeld door droogte, overstromingen en mislukte oogsten. Nederlandse huishoudens die minder te besteden hebben, stoten ook minder CO2 uit dan rijkere gezinnen. Omdat ze kleiner wonen, minder autorijden en minder vliegen. Van Dongen: “Mensen met een laag inkomen zijn kwetsbaar omdat ze minder geld hebben om te vergroenen. Van de andere kant worden ze harder geraakt omdat een groter deel van hun inkomen naar de energierekening gaat.”
De EU ziet dat probleem ook en werkt aan een sociaal klimaatfonds om de energietransitie eerlijk te laten verlopen en energie- en mobiliteitsarmoede tegen te gaan. Dat moet in 2026 van start gaan.
Beleid voor lange termijn nodig
Ook in Nederland moet volgens ASN Bank de overheid ingrijpen en zorgen dat deze mensen mee kunnen komen. Dankzij de salderingsregeling konden meer mensen zonnepanelen betalen, maar die gaat het nieuwe kabinet afschaffen. Wel is nog een bijdrage mogelijk uit het Volkshuisvestingsfonds om particuliere woningen in kwetsbare wijken te verduurzamen. Het demissionaire kabinet nam de afgelopen jaren diverse maatregelen om de stijgende energieprijzen voor lagere inkomens te compenseren en hen te helpen verduurzamen. Onder meer met het Tijdelijk Noodfonds Energie en het Klimaatfonds. Op dat laatste fonds gaat het nieuwe kabinet fors bezuinigen. Wel verlaagt het de energiebelasting op gas. “Er is echt beleid nodig om deze huishoudens te helpen”, stelt Van Dongen. “Het nieuwe kabinet probeert nu de kleine verbruiker te helpen met de verlaging van de energiebelasting, maar dat is alleen om de rekening op korte termijn betaalbaar te maken. Daarmee neem je de prikkels weg om te verduurzamen, waardoor op de langere termijn de rekening alleen maar hoger wordt. Zo vergroot het nieuwe kabinet die ongelijkheid.”
Wat is de oplossing?
Hoe kunnen we al deze problemen dan oplossen? Dat gaat niet van de een op de andere dag, stellen Kossen en Van Dongen. Vaak zijn overheden of landen samen aan zet, bijvoorbeeld binnen de EU. Of moeten bedrijven zich verenigen, zoals een brede coalitie van zonne- en windenergiebedrijven, brancheorganisaties, de Nederlandse overheid, kennisinstituten, ngo’s en vakbonden dat hebben gedaan in het convenant voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) voor de hernieuwbare energiesector. Doel is om de internationale productieketens voor zonne- en windenergie te verduurzamen en schendingen van mensenrechten en milieuschade gezamenlijk aan te pakken en te voorkomen. Ook ASN Bank heeft zich daarbij aangesloten.
Minder afhankelijk worden
De afhankelijkheid van Chinese zonnepanelen is een groeiend probleem. Volgens een recent TNO-onderzoek neemt het land ook een steeds dominantere positie in op de markt voor offshore windtechnologie en elektrolysers voor groene waterstofproductie. “We moeten dus die afhankelijkheid verkleinen”, stelt Kossen. “Nu wordt die productie enorm gesubsidieerd door de Chinese overheid. Daar kan de Europese markt niet tegen op concurreren. Daar is de overheid aan zet. We moeten hier de schaal vergroten zodat de Europese productie goedkoper wordt. Ik heb ook wel eens een gesprek gehad met vertegenwoordigers van Oeigoeren. Die zeggen: het enige waar China naar luistert, is als je stopt met zaken doen.”
Het Rijksvastgoedbedrijf kijkt of zonnepanelen, zoals hier op Paleis Noordeinde, verantwoord geproduceerd zijn. Foto: RVB/Shirley Copijn
Verbod op dwangarbeid
De twee vestigen daarbij ook hun hoop op het nieuwe EU-verbod op de verkoop, invoer en uitvoer van goederen die met dwangarbeid worden gemaakt. Die regeling is in april aangenomen door het Europees Parlement en treedt naar verwachting over drie jaar in werking. In de VS is die wet er al.
In Nederland vinden ze dat Rijksvastgoedbedrijf, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Ministerie van Defensie het goede voorbeeld geven met hun nieuwe inkoopbeleid voor zonnepanelen op daken van overheidsgebouwen. Daarbij moeten leveranciers aantonen dat die panelen verantwoord geproduceerd zijn. Kunnen ze dat niet, dan is er een kans dat ze opdrachten mislopen. “Dat is een heel klein voorbeeld, maar het is heel goed dat de overheid dit goede voorbeeld geeft. Hopelijk worden die door veel meer partijen gevolgd”, zeggen de twee.
Kortetermijnpolitiek
Het koppelen van klimaatbeleid aan het tegengaan van ongelijkheid en groeiende armoede vraagt volgens de twee een sterker optreden van de Nederlandse overheid. Bijvoorbeeld met subsidieregelingen voor lagere inkomens, die daarmee hun woningen kunnen isoleren of verduurzamen. “Zo kun je mensen structureel voor de langere termijn helpen om de energiekosten te drukken”, zegt Van Dongen. In principe staat dit ook in het hoofdlijnenakkoord van het nieuwe kabinet. Dat wil mensen en kleine ondernemers helpen bij het verduurzamen van hun woningen en bedrijfspanden om de energierekening te verlagen. Toch is het Planbureau voor de Leefomgeving kritisch over het klimaatbeleid. Bijvoorbeeld over het schrappen of terugdraaien van klimaatmaatregelen zoals de CO2-heffing voor de industrie, de salderingsregeling, de lagere energieheffing en de verplichte warmtepomp bij nieuwbouw. “Door klimaatmaatregelen te schrappen is er niet genoeg geld om de klimaatdoelen te halen en wordt het probleem afgeschoven op volgende generaties. Dit is kortetermijnpolitiek”, zeggen Van Dongen en Kossen.