Robert Hagler, Portfolio Manager Forest Climate Solutions Fund, New Forests Inc.

Nieuwe investering van het ASN Biodiversiteitsfonds

Niet elke boom die je plant, draagt zo maar bij aan biodiversiteit. De unieke manier waarop houtfonds New Forests zijn bossen beheert, doet dat wel. Zijn ‘bosbouw-plus’ levert een grote bijdrage aan de natuur, maar ook voor de gemeenschappen die van en met die natuur leven.

Je hoort het wel vaker: als je de natuur wilt versterken of CO2-uitstoot wilt compenseren, plant een boom. Maar alleen maar bomen planten, is misschien niet de beste manier om op de langere termijn bij te dragen aan de biodiversiteit. Een natuurlijk, gevarieerd bos is immers veel meer dan een verzameling bomen. Als je het goed wilt beheren, moet je ook aandacht hebben voor het wild dat erin leeft, voor de waterhuishouding en de variëteit van de begroeiing. En, ook heel belangrijk, je moet rekening houden met de gemeenschappen die in en van het bos leven.

NATUURLIJKE EN SOCIALE IMPACT

Zelf gebruikt Robert Hagler, fondsmanager bij New Forests, het woord holistisch niet. Toch komt de manier waarop zijn organisatie met de natuur omgaat aardig in de buurt. Investeerder New Forests Robert Hagler, Portfolio Manager Forest Climate Solutions Fund, New Forests Inc. New Forests focust met zijn bosbouwtrategie in natuurlijke bossen waarin het kansen ziet op het gebied van duurzaam bosbeheer, zoals het versterken van het wildbestand, een betere waterhuishouding en het vastleggen van kooldioxide.

Dat kan bijvoorbeeld inhouden dat de bomen langer mogen groeien voordat ze worden gekapt. Hagler: ‘We verlengen de levensduur tot de biologische rijpheid van 70 of 80 jaar, in plaats van te kappen zodra dat commercieel aantrekkelijk is. We ondersteunen ook actief de diversiteit van flora en fauna, door wildcorridors aan te leggen, door rivieroevers te beplanten zodat er meer voedsel of een betere omgeving voor dieren ontstaat.’

New Forests richt zich ook op sociale impact bij de bossen die het inmiddels beheert in Azië, de Verenigde Staten, Australië, Nieuw-Zeeland en meer recentelijk Afrika. Het biedt lokale gemeenschappen werk en opleidingen en ondersteunt ze bij de ontwikkeling van bosbouwtechnieken. Ook is het actief in natuurbescherming in de gebieden die het beheert.

‘We beheren de bossen behoedzamer in onze Amerikaanse strategie. We kappen soms na verloop van tijd minder, want als je bomen ouder laat worden, leggen ze ook langer koolstof vast en kun je een hoger percentage van het hout verwerken tot duurzamere houtproducten’

BOSBOUW-PLUS

Hagler noemt die combinatie van bosbouw, natuurbeheer en sociale impact ‘bosbouw-plus’: bosbeheer gericht op duurzame houtproductie en tegelijkertijd het versterken van de natuur, de lokale economie en de biodiversiteit. ‘We beheren de bossen behoedzamer in onze Amerikaanse strategie. We kappen soms na verloop van tijd minder, want als je bomen ouder laat worden, leggen ze ook langer koolstof vast en kun je een hoger percentage van het hout verwerken tot duurzamere houtproducten.’

New Forests werd in 2005 opgericht door de Canadees David Brand. Hij was al zijn hele carrière bosbouwexpert, onder meer in dienst van de Canadese overheid, maar zag op een goed moment kans om voor zichzelf te beginnen. Nadat hij enkele jaren als consultant had gewerkt voor bosbouwbedrijven en natuurorganisaties in Australië en Azië, richtte hij zijn eigen bedrijf op en lanceerde hij in 2010 het eerste Australia/New Zealand Forestry Fund.

NUMMER 2 IN DE WERELD

Hij haalde kapitaal op bij investeerders en selecteerde bosbouwbedrijven waar hij met zijn duurzame aanpak het verschil kon maken. Vanaf dat moment liepen de zaken goed. New Forests beheert nu bijna 1,2 miljoen hectare bossen en natuurgebieden via verschillende fondsen in Australië, Nieuw-Zeeland, Zuidoost-Azië, Afrika en de VS. Het bedrijf heeft zijn hoofdkantoor in Sydney en kantoren in Singapore, San Francisco en Nairobi. Hagler: ‘Het was geen doel op zich, maar we zijn de nummer twee bosbeheerder in de wereld, met 6,5 miljard dollar aan beheerd vermogen.’

CARBON CREDITS

Onlangs investeerde ASN Impact Investors via haar ASN Bioversiteitsfonds in het Forest Climate Solutions Fund. Een nieuw houtfonds dat zich richt op ‘carbon forestry’ in de VS: het vastleggen van koolstof in oudere bossen om zo carbon credits te genereren die de staat Californië uitgeeft. Californië loopt al decennia voorop in het beschermen van de natuur en de luchtkwaliteit en heeft in 2012 het zogenoemde cap-and-trade systeem opgezet om de uitstoot van broeikasgassen drastisch te verminderen. Wie meer uitstoot dan de maxima die de staat oplegt, kan - steeds duurdere - uitstootrechten bijkopen. Partijen die aantoonbaar CO2-emissies compenseren, zoals duurzame bosbouwbedrijven, krijgen daarvoor verhandelbare certificaten. Daarmee kunnen de ‘uitstoters’ een deel van hun emissies compenseren, en daarmee tijd kopen om hun doelstellingen te halen.

‘Als je bos holistisch beheert, levert dat voordelen op voor de natuur, lokale gemeenschappen en investeerders’

Het programma is uiterst succesvol geweest: de broeikasgasemissies in Californië waren al vóór de streefdatum in 2020 teruggebracht tot het niveau van 1990. New Forests heeft sinds 2013 meer dan 20 miljoen carbon credits binnen het systeem gecreëerd.

INHEEMSE GEMEENSCHAPPEN

New Forests was een van de eerste bosbouwbedrijven die carbon credits genereerde via het cap-and-trade systeem van Californië. De bosbeheerprojecten van New Forest in de VS werden ontwikkeld met deze koolstofkredietmarkt in het achterhoofd ‘Het is niet gemakkelijk om goedkeuring te krijgen voor projecten - dat kan wel drie jaar duren. Maar dankzij de koolstofkredieten hebben we een enorme hoeveelheid kunnen realiseren,’ zegt Hagler.

Hij noemt de inheemse gemeenschappen in de VS. Door op hun land projecten te ontwikkelen die aantoonbaar bijdragen aan het vastleggen van koolstof, heeft New Forests al meer dan 200 miljoen dollar voor ze verdiend via de verkoop van carbon credits. De Yurok-stam in Noord-Californië bijvoorbeeld heeft deze inkomsten gebruikt om land van zijn voorouders terug te kopen. In Alaska verdiende de Chugach-stam alleen al 123 miljoen dollar. ‘Ze gebruikten een deel van het geld om de exploitatierechten van een kolenmijn te kopen en in te trekken en ze beschermden de duurzame zalmvisserij in de buurt. Mooie voorbeelden van hoe gemeenschappen kunnen profiteren van carbon credits.’

ECHTE, NATUURLIJKE ASSETS

Voor New Forests zijn de inkomsten uit carbon credits momenteel weinig meer dan extra rendement voor zijn investeerders. Want je kunt er geen businessmodel op baseren, benadrukt Hagler, zolang de markten voor de credits volatiel zijn en in elke regio andere regels gelden. Pas zodra er wereldwijd een volwassen carbon credit-markt is, kun je het rendement uit emissierechten onderdeel maken van een strategie, stelt Hagler. Tot die tijd komen de inkomsten uit emissierechten vooral ten goede aan de natuur en de lokale gemeenschappen. ‘De investeerders die in onze fondsen stappen, zijn overtuigd van de waarde van investeren in natuurlijke activa. Die carbon credits zijn voor hen gewoon een bonus.’

DUURZAME FINEERFABRIEK IN LAOS

Een ander voorbeeld van de wijze waarop New Forests duurzaam beheerde bossen gebruikt om bredere voordelen te genereren, is de Mekong Timber Plantations Company (MTP) in Laos. Dit bedrijf van een ander investeringsfonds van New Forests teelt FSC©-gecertificeerd hardhout en bouwde een fineerfabriek om van de bomen duurzame houtproducten zoals multiplex te maken. De fabriek heeft de FSC Chain of Custody-certificering, wat betekent dat alle producten die de fabriek verlaten, kunnen worden getraceerd naar de duurzame bossen van MTP. Dankzij deze moderne fabriek kan het Laotiaanse bedrijf producten verkopen die een grotere toegevoegde waarde hebben dan alleen hardhout. Daarnaast ondersteunt het lokale gemeenschappen met opleidingen en werkgelegenheid. Dit sluit beter aan bij zowel de zich ontwikkelende wereldmarkt voor houtproducten als de benadering van New Forests op het gebied van duurzaam bosbeheer.

HARDE CIJFERS OVER BIODIVERSITEIT

Het lijkt aannemelijk dat de bosbouw-plus methode van New Forests de biodiversiteit een impuls geeft. Dat is ook de belangrijkste reden waarom het ASN Biodiversiteitsfonds erin investeert. Nu zijn de methoden om de diversiteit van planten- en diersoorten te meten nog in ontwikkeling en daardoor zijn er weinig ‘harde’ cijfers te geven. ‘Onze bosbouwdeskundigen onderzoeken hoe je dergelijke gegevens het best verzamelt en wat je daarvoor precies moet meten. Maar we weten gewoon dat onze activiteiten een positief effect hebben. Als je zorgt voor meer schaduw boven rivieroevers verbetert de visstand over het algemeen. Een langere rotatietijd in een natuurlijk bos verhoogt doorgaans zowel de koolstofopslag als de biodiversiteit.’

ASN BIODIVERSITEITSFONDS EEN GOEDE AANVULLING

Vergeleken met de institutionele klanten die New Forests bedient, is het ASN Biodiversiteitsfonds met zijn particuliere beleggers een bijzondere nieuwkomer. ‘Voor ons is het heel interessant en nieuw dat ASN Impact Investors met een retailfonds instapt. Het is een geweldig idee om particuliere beleggers bij deze manier van bosbeheer te betrekken. Ook die focus op biodiversiteit maakt het ASN Biodiversiteitsfonds tot een geschikte partner voor ons.’

HART VOOR BOSSEN

Bossen spelen een cruciale rol in de strijd om opwarming van de aarde tegen te gaan, stelt Hagler. ‘Vergeet niet dat we de afgelopen eeuwen al 600 tot 800 gigaton aan CO2 hebben uitgestoten, die nog steeds uit de atmosfeer moet worden gehaald. Van alle manieren waarop dat kan, is bosbouw het meest doeltreffend: herbebossing, het tegengaan van ontbossing én het beter beheer van bestaande bossen.’

Uiteindelijk gaat het erom meer te halen uit je investering in ‘echte’ natuurlijke assets. ‘We zitten niet in deze business voor het snelle geld, maar omdat bossen ons na aan het hart liggen. Hier lopen tientallen mensen rond die zijn opgeleid als bioloog of boswachter. En die weten allemaal: als je bos holistisch beheert, levert dat voordelen op voor de natuur, lokale gemeenschappen en investeerders.’

MAÑUKA HONING TUSSEN DE BOSSEN

In een van de bossen waarin New Forests via een fonds in Nieuw-Zeeland investeert, was een imkerij gevestigd die añuka-honing produceerde. Dit is honing van de añuka-boom, die antibacteriële eigenschappen zou hebben. New Forest heeft een manier gevonden om het planten van nieuwe boompjes voor de houtproductie te combineren met het onderhouden van de bestaande inheemse bomen. Zo kunnen de bijen hun gang blijven gaan. Ook de imker blijft zijn werk doen; in ruil voor een deel van de opbrengsten van de honingverkoop. Volgens New Forests is dit een prachtig voorbeeld van hoe de juiste mix van flora en fauna en nauwe banden met de plaatselijke gemeenschappen kunnen leiden tot een bos dat veel meer opbrengt dan hout alleen. Er wordt voedsel geproduceerd, de nieuwe aanplant legt CO2 vast, terwijl inheemse planten- en diersoorten behouden blijven en zo bijdragen aan de biodiversiteit.